Het bijzondere interieur van de J.J. Viottastraat 36 was het decor waar het leven van de joodse familie Korijn zich afspeelde. Lodewijk Korijn, hoofd van het gezin, was bankier en woonde met zijn vrouw en drie dochters op dit adres. Nazaat Rob Korijn en documentairemaakster Deborah van Dam vertellen over de familie en het bijzondere interieur van dit huis, waarna de documentaire over de J.J Viottastraat 36 wordt vertoond.
Dit verhaal wordt om 11.00 en om 13.00 uur verteld.
De familie Korijn trok in 1923 in dit huis de inrichting van de woonkamer is in oorspronkelijke staat, een combinatie van Art Deco en Amsterdamse School. Lodewijk Korijn werd geboren in Amsterdam op 3 november 1879 en overleed, na een kort ziekbed, in Amsterdam op 22 december 1942. Hij was getrouwd met Debora van der Berg, geboren in Rotterdam op 18 november 1891, ze kregen drie dochters.
Geen van de vrouwen in het gezin overleefden de oorlog. Debora werd afgevoerd naar Bergen-Belsen en stierf aldaar op 16 maart 1945. De drie dochters, Theodora, Anna en Elise, werden in 1943 vermoord in -respectievelijk- Auschwitz, Auschwitz en Sobibor. Na het wegvoeren van de bewoners werd gewoonlijk snel daarna de woning gepulst. Echter werd dit huis, toen het gezin gedeporteerd was, geheel gemeubileerd in 1944 aan Otto Rebholz van de Lirobank verkocht. Het interieur bleef intact en werd na de oorlog bewoond door studenten, ook zij lieten het interieur in oorspronkelijke staat en in 2007 werd het bijzondere interieur door Alexander Westra, onderzoeker van de Universiteit van Amsterdam, ontdekt.
Met name de woonkamer is bijzonder ingericht. Paarsbruin velours op de wanden, lambrisering van ingelegd hout, paars en geel glas in lood. Het interieur, dat stamt uit de jaren 1920 is een combinatie van Art Deco en Amsterdamse School.