Myriam Mater-van Hulst (1931) vertelt over haar grootouders Horowitz die tegenover haar woonden, op Harmoniehof 35. Elke vrijdagavond aten Myriam en haar zusjes bij hun grootouders.
Dit verhaal wordt om 12.00 & 14.00 verteld
Als de kleine Myriam in de jaren dertig elke vrijdagavond komt eten bij haar grootouders, woont daar ook de scholier Mischa Hillesum. Er bestaat een foto waar Myriam naast Mischa staat, die uitgroeide tot muzikaal wonderkind. Muziek speelde een belangrijke rol in het leven van Myriam’s familie: Myriam’s moeder was violiste en speelde samen met bekende violist George van Renesse. Via via had de familie Hillesum gehoord over de Horowitzen; bij zo’n “keurige joodse familie’ zou hun getalenteerde Mischa hopelijk kunnen inwonen tijdens zijn muziek studie in Amsterdam.
Myriam’s grootvader Pinchas – Paul – Horowitz werd geboren in Litouwen – toen nog onderdeel van het Habsburgse rijk- als zoon van een geleerde rabbijn. Met zijn Russische vrouw Marguerite Zuckerman vestigde diamantair Paul zich in Antwerpen, het Europese hart van de diamanthandel. Daar worden zoon Alexandre, en dochters Zina en Paula geboren, Myriam’s moeder. In 1914 moest het hele gezin uit Belgie moeten vluchten: door het uitbreken van de Eerste Wereldoorlog was Paul met zijn Oostenrijks-Habsburgse paspoort plotseling staatsvijand geworden en week uit naar de net gebouwde wijk in Amsterdam Zuid. Paula ontmoette er haar man Jan van Hulst, die tijdens de oorlog het verzet in ging. Myriam is 9 jaar als de oorlog uitbreekt. Er komen drie onderduikers in huis. In 1942 worden Myriam’s grootouders opgepakt.