Op donderdagavond 4 mei vanaf 19.30 uur worden bij het namenmonument in de Gerard Terborgstraat de bewoners van Samenwerking herdacht die als gevolg van de Tweede Wereldoorlog het leven hebben gelaten; met name Joodse bewoners, maar ook verzetsstrijders.
De 95-jarige Maurits van Witsen zal bij de herdenkingsplechtigheid een toespraak houden. Als vijftienjarige jongen moest hij in 1943 samen met zijn familie onderduiken. Henri van Witsen, zijn vader, overleefde de oorlog niet. Zijn naam is op het monument aangebracht.
Belangstellenden zijn van harte welkom bij de herdenking, die muzikaal wordt omlijst door violisten Suus van den Akker en Fieke Smitskamp. Na afloop van de plechtigheid is er een nazit, die plaatsvindt bij De Coenen. Mascha Furth, lid van het bestuur van Samenwerking, zal daar een toespraak houden. Het monument van Samenwerking is in 2018 onthuld. Initiatiefnemers van het monument waren vier bewoners: Ido Abram (overleden in 2019), Guus Luijters, Renée Sanders en Dorine Winkels. De herdenking wordt dit jaar georganiseerd door Jacques Bettelheim, Els van Eijden, Rob Mommers en Martine van der Velde.
Herinner je de namen, dan leven zij voort
Op vrijdagmiddag 21 augustus 1942 stappen vier Nederlandse politiemannen na een tip fotohandel Lux aan de Roelof Hartstraat 4 in Amsterdam-Zuid binnen. De 38-jarige filiaalhouder Richard Voitus van Hamme is op dat moment niet aanwezig. De agenten lopen langs zijn geschrokken echtgenote door naar het woongedeelte achter de winkel. Daar treffen ze de 23-jarige etaleur Bernard Davids. Hij vertelt op visite te zijn. Zijn persoonsbewijs (identiteitsbewijs) lijkt bij controle in orde. Dan komt de 38-jarige Voitus van Hamme thuis. Hij wordt direct gefouilleerd. In zijn binnenzak zit een exemplaar van het illegale blad Vrij Nederland. De politiemannen dwingen hem zijn muursafe te openen. Daarin vinden ze een revolver, een pistool, kogels en een persoonsbewijs. Ook dit exemplaar staat op naam van Bernard Davids. Alleen staat op dit persoonsbewijs een grote ‘J’.
Bernard is Jood en heeft de agenten een vervalst exemplaar getoond waarmee hij aan deportatie hoopt te ontkomen. In de woning vinden de agenten verder verboden foto’s van de koninklijke familie in ballingschap en anti-nazi geschriften. Beide arrestanten worden afgevoerd naar het gevreesde hoofdkwartier van de Sicherheitsdienst (SD) in een schoolgebouw in de nabijgelegen Euterpestraat (nu: Gerrit van der Veenstraat). Na intensieve verhoren wordt Bernard Davids op 18 september 1942 op transport naar het Judendurchgangslager (doorgangskamp) Westerbork in Drenthe gezet. Voitus van Hamme wordt overgebracht naar de gevangenis in Scheveningen, het Oranjehotel. Op 3 oktober volgt het harde vonnis: de doodstraf wegens verboden wapenbezit, illegale lectuur en hulp aan Joden. Een gratieverzoek van zijn echtgenote wordt afgewezen. In de vroege ochtend van 4 november wordt de fotohandelaar op de Waalsdorpervlakte gefusilleerd. Zijn onderduiker Bernard Davids wordt vanuit kamp Westerbork naar het concentratie- en vernietigingskamp Auschwitz in Polen gedeporteerd. Daar wordt hij op 31 januari 1943 vermoord.
Herinneringsmonument in de Gerard Terborgstraat
In april 2020 werden de namen van beide mannen toegevoegd aan het herinneringsmonument in de Gerard Terborgstraat in Amsterdam-Zuid. Het monument is drie jaar eerder ontworpen door Victor Levie en kwam tot stand op initiatief van bewoners van Amsterdam-Zuid. Het monument bestaat uit een viertal houten deurposten, een symbool van deuren waarachter slachtoffers woonden. Op de posten daarvan zijn witte, groene en zwarte plaatjes bevestigd. De witte geven de straat aan, de groene huisnummer en etage, de zwarte de naam van de voormalige bewoner(s). De tekst bij het gedenkteken vermeldt: ‘Herinner je de namen, dan leven zij voort’. De initiatiefnemers doen uitvoerig onderzoek naar slachtoffers van de Duitse bezetting in hun buurt. Het resulteert in een overzicht met 169 namen van omgebrachte verzetsmensen, gedeporteerde Joden en omgekomen Joodse onderduikers.
De Joodse gemeenschap in Amsterdam-Zuid
Rond 1940 woont 35 tot 40 procent van de in totaal 80.000 Joden in Amsterdam in Amsterdam-Zuid. Onder hen veel Duitse Joden die voor de oorlog uit Hitler-Duitsland naar Amsterdam zijn gevlucht. Tijdens de Duitse overheersing ontkomt ook de Joodse gemeenschap in Zuid niet aan het lot van isolatie, vervolging en deportatie. Op zondagochtend 20 juni vindt in Amsterdam-Zuid en Oost een grote razzia plaats. Na huiszoekingen krijgen de Joodse bewoners van Zuid opdracht zich naar verzamelplekken op het Olympiaplein en het Daniël Willinkplein (nu Victorieplein) te begeven. In totaal worden die dag 5542 mannen, vrouwen en kinderen uit de hoofdstad naar kamp Westerbork overgebracht. Hun verlaten woningen worden door het gemeentelijke Bureau Herhuisvesting binnen de kortste keren aan andere Amsterdammers toegewezen.
Door: Erik Somers en René Kok