Een jaar voor het einde van de oorlog werd de woning aan het Harmoniehof 59 na verraad binnengevallen. De Surinaamse verpleegkundige Elisabeth ‘Betty’ Bergen verborg daar meerdere Joodse onderduikers, waaronder de kinderen Bertje en Jetje Hamburger.
Na de inval werden Betty en de kinderen van elkaar gescheiden en belandden ze in verschillende concentratiekampen. De moeder van Bertje en Jetje vernam het verraad en probeerde via het verzet haar kinderen vrij te kopen van een corrupte kampbewaker. De bewaker stelde haar voor een onmogelijke keuze: slechts één kind kon worden vrijgekocht.
Marlous Smit jr., Betty’s achternicht, herinnert zich haar als een liefdevolle, zorgzame vrouw, die sterk gehecht was aan haar familie. Ondanks de traumatische oorlogservaringen leidde Betty een rijk leven dankzij haar moed en vastberadenheid. Marlous deed onderzoek naar Betty’s oorlogsverleden en kwam in contact met Jaap Hamburger, de broer van Bertje en Jetje. Op Harmoniehof 59 delen Marlous en Jaap verhalen over de blijvende invloed van oorlog op individuen en generaties: het trauma dat daaruit voortkomt, maar ook hoe het een bron kan zijn van inspiratie en toewijding.
Uitgelichte afbeelding: Elizabeth ‘Betty’ Bergen (bron: privé archief Marlous Smit jr.)
- 12:00 - 13:00: Vrouwen in verzet: het verhaal van Elizabeth ‘Betty’ Bergen
- 13:30 - 14:30: Vrouwen in verzet: het verhaal van Elizabeth ‘Betty’ Bergen